De draadloze beveiligingssleutel is het belangrijkste hulpmiddel voor het beveiligen van de verbinding. Het configureren en opnieuw coderen van deze sleutel verdient speciale aandacht om elke mogelijkheid voor onbevoegden om het netwerksignaal te onderscheppen uit te sluiten.
instructies:
Stap 1
Selecteer het gedeelte "Netwerkinstellingen". Om dit te doen, klikt u in het Windows 7-besturingssysteem op het bureaublad op de knop "Start" en gaat u in het hoofdmenu dat verschijnt naar het item "Configuratiescherm" om de beveiligingssleutel voor het draadloze Wi-Fi-netwerk te configureren. Typ in het zoekvak het woord "netwerk" en klik op de knop "Zoeken".
Stap 2
Klik op "Netwerkcentrum" en ga vervolgens naar "Een verbinding of netwerk instellen" en volg de link "Netwerkinstellingen". Voer het hulpprogramma Network Setup Wizard uit om een vertrouwelijk draadloos netwerk in te stellen en klik op Next.
Stap 3
Vul de gewenste waarden in de velden in met de naam van het draadloze netwerk en het wachtwoord van de beveiligingssleutel en onthoud deze. Vink het vakje aan naast de regel "Automatisch verbinden".
Stap 4
Ga naar de vervolgkeuzelijst Beveiligingsniveau. Het wordt aanbevolen om WPA2-Personal (Wi-Fi Protected Access) te selecteren. Deze beveiligde toegang versleutelt de communicatie tussen het toegangspunt en de computer met behulp van een beveiligingssleutel. De sleutel is een wachtwoordzin. In het menu "Versleutelingstype" moet u AES (Advanced Encryption Standard) specificeren - een standaard voor symmetrische blokversleuteling. Ga na het instellen verder.
Stap 5
Selecteer "Handmatig verbinding maken met een draadloos netwerk" wanneer u het venster Wizard Netwerk instellen sluit. Geef op de pagina "Voer de draadloze netwerkinformatie in om toe te voegen" in het item "Beveiligingstype" het WEP-algoritme (Wired Equivalent Privacy) op. Vul de rest van de vereiste informatie in.
Stap 6
Klik op de knop "Verbindingsinstellingen wijzigen" en open het tabblad "Beveiliging". Pas in een nieuw venster het selectievakje toe op het item "Algemeen" in de groep "Beveiligingstype". Bevestig uw instellingen met de knop "OK" en sluit het venster.