U kunt op verschillende manieren toegang krijgen tot internet. In sommige gevallen worden bij het configureren van lokale netwerken parameters ingesteld waarmee gebruikers van andere computers toegang tot internet kunnen krijgen met behulp van de instellingen van een van de computers.
instructies:
Stap 1
Als u niet wilt dat uw computer fungeert als proxyserver voor andere netwerkgebruikers, configureert u de beveiligingsinstellingen van uw systeem. Zorg er eerst voor dat uw internetverbinding niet openbaar toegankelijk is. Open het menu Start en plaats de muisaanwijzer op het item Netwerkverbindingen. Selecteer de opdracht "Toon alle verbindingen" in het menu dat wordt geopend.
Stap 2
Zoek na het openen van de lijst met actieve verbindingen het pictogram voor de internetverbinding. Klik erop met de rechtermuisknop en selecteer "Eigenschappen". Ga naar het tabblad "Toegang". Haal het vinkje weg bij 'Sta het gebruik van deze internetverbinding toe aan andere netwerkgebruikers'.
Stap 3
Schakel de functie "Andere netwerkgebruikers toestaan delen te beheren" uit. Klik op de knop Toepassen en sluit het instellingenmenu.
Stap 4
Activeer de standaardbeveiliging van het Windows-besturingssysteem. Open het configuratiescherm en zoek het menu "Systeem en beveiliging". Open Windows Firewall. Klik op de knop Aanbevolen instellingen gebruiken.
Stap 5
Ga na het activeren van de service naar "Geavanceerde opties". Selecteer "Inkomende regels". Klik op de knop Nieuwe regel.
Stap 6
Vink het vakje aan naast Voor poort. Selecteer in het linkermenu het item "Protocollen en poorten" en activeer de optie "Alle lokale poorten". Klik op "Volgende" en selecteer "Verbinding blokkeren". Sla de regel op door meerdere keren op de knop Volgende te klikken.
Stap 7
Start de computer opnieuw op zodat het besturingssysteem de instellingen kan toepassen. Controleer of de firewall werkt.